LEVE HET GEBREK AAN KENNIS

 

    


| 14-07-2020 |

 

Er komt een wijziging van de kieswet aan. “De kiezer bepaalt straks de ranglijst. Kandidaten van politieke partijen met een eigen specialisme of achterban krijgen meer kans om gekozen te worden. Door een wijziging van het kiesstelsel vervalt de voorkeursdrempel bij alle verkiezingen, met uitzondering van die voor de Eerste Kamer. De wetswijziging moet de kloof tussen kiezer en gekozene dichten.” Aldus de Volkskrant van 1 juli 2020.

Soms vraag ik mij af waarom het lijkt of ik leef in een totaal andere wereld dan de andere mensen die actief zijn in de politiek bestuurlijke wereld. Hoe kan iemand (een minister) met droge ogen beweren dat kandidaten met een “eigen specialisme” meer kans krijgen om gekozen te worden? Het tegendeel is waar. Als gevolg van de verlaging van de voorkeursdrempel in 1998 van 50 % naar 25 % heb ik veel van de specialisten uit de gemeenteraden zien verdwijnen. Met een specialisme als ‘financiën’ haal je geen stemmen. Met een specialisme ‘ruimtelijke ordening’ (RO) ook niet. Dat zijn geen specialismen die de kiezer aanspreken. Mensen met dat soort ‘specialismen’ zijn gemiddeld niet de meest toegankelijke figuren. Het zijn boekenwurmen of dossiervreters. Met vaak ook nog min of meer autistische trekjes. Wilden partijen dat soort specialismen in huis halen dan werden ze normaliter hoog op de lijst gezet zodat ze op de slippen van de lijsttrekker in de raad konden komen. Na 1998 verdwenen ze en mochten hooguit als ongekozen burgerleden terugkeren. Meestal afgeschept met een schamele vergoeding. Kortom de alfa’s de toffe jongens en meisjes die populair zijn door een enkele actie of hip waren op de carnavalsvereniging, voetbal-, hockey-, tennisclub, kerk of moskee werden gekozen. Met meestal niet meer dan wat basiskennis en geen idee van financiën of ruimtelijke ordening. Het gevolg was dat de gemeenteraden steeds minder kennis hebben van zaken die voor het gemeentelijk bestuur belangrijk zijn. Ik schreef eerder het artikel “WAAROM GAAT HET FOUT? ALFA’S!!!!!”.

Bergen op Zoom heeft zo’n raad. Vol met jongens en meisjes die met voorkeurstemmen gekozen zijn. Bij de laatste gemeenteraadsverkiezing haalde één partij negen zetels, waarvan slechts één lid niet met voorkeurstemmen werd gekozen. Gevolg een fractie van negen zonder een financiële of een ruimtelijke ordening-specialist en zelfs niemand die het sociaal domein beheerst. Gevolg: puinhoop. Genoeg ego’s maar nauwelijks relevante kennis van voor een gemeente cruciale zaken in de veruit grootste fractie!

Dat was vroeger anders: de grotere partijen stelden bewust een lijst zodanig op dat zoveel mogelijk specialismen in een fractie vertegenwoordigd waren. Na 1998 bleken de voorkeursstemmen steeds meer doorslaggevend. Nu wil men de drempel geheel laten verdwijnen. Dit zal betekenen dat de laatste kennisdragers, zeker die met autistische trekjes zullen verdwijnen. Zij, de dossiervreters, zijn immers niet de stemmentrekkers. Ben ik nu de enige die dit ziet? Of wil de landsregering juist af van de mensen die dossiers nog wel kunnen doorgronden en hen met ‘lastige’ vragen proberen te controleren?

Kennisdragers in de controlerende organen zoals de gemeenteraad, provinciale staten of de Tweede Kamer zijn te lastig. “Weg ermee schijnt” het adagium te zijn. En wat is mooier om die zuivering te framen met de kreet “het verlaagt de kloof tussen kiezer en gekozene”? Wie kan daar nou tegen zijn?

https://kijkopbergenopzoom.nl/opinie-leve-het-gebrek-aan-kennis/

 

Louis van der Kallen.


    

FRACTIES PROVINCIALE STATEN INZ. CRISIS – D034

 


 

Bergen op Zoom, 18 februari 2009

 

Aan de fracties van Provinciale Staten van

Noord-Brabant

per e-mail

 

Geachte Statenleden, 

Nu de financieel/economische crisis zich van haar slechtste kant laat zien, voelen veel volksvertegenwoordigers, op alle niveaus in onze democratie, zich geroepen om ook de inzet te vragen van hun bestuursorgaan om zich in te zetten voor aanvullende activiteiten ten behoeve van het behoud van de bedrijven en de daarmee verbonden werkgelegenheid.

Voor gemeenten en waterschappen zijn de mogelijkheden vrijwel nul, omdat zij dienen te blijven binnen de wet en regelgeving die bepaalt dat zij sluitende begrotingen dienen na te streven. Dit betekent dat extra uitgaven nu onherroepelijk leiden tot stijging van de door hen gehanteerde (belasting)tarieven, terwijl de economische theorieën aangeven dat in tijden van economische crises het verhogen van belastingen onwenselijk is. De spagaat van de waterschappen is nog erger. De afgelopen jaren is er een stortvloed van regelgeving tot stand gekomen (o.a. kaderrichtlijn water (KRW), provinciale waterhuishoudingsplannen (WHP), nationaal bestuursakkoord water (NBW)) die hebben geleid tot tal van plannen die nu uitgevoerd moeten worden. Voor de meeste waterschappen betekent dit dat de komende vier tot tien jaren bij uitvoering van die plannen de gemiddelde tarieven 2 tot 4 % meer moeten stijgen dan de inflatie. Gezien de huidige financieel/economische crisis lijkt dat onwenselijk. 

Wat te doen? Plannen niet uitvoeren om de tarieven minder hard te laten stijgen? Dan handelen de waterschappen mogelijk deels in strijd met het huidige door hogere overheden gestelde beleid c.q. worden de doelen (KRW) mogelijk niet tijdig bereikt. De plannen versneld uitvoeren met als gevolg een enorme stijging van de tarieven? 

Ten aanzien van deze afweging doet ondergetekende een beroep op de politieke vindingrijkheid van onze Statent. Hierbij neem ik de vrijheid een aantal opties te noemen.

–         Verander de uw wetgeving en streef de wijzigingen na op nationaal niveau zodat ook de lagere overheden (incidenteel of tijdelijk) met een begrotingstekort mogen werken. Dan wordt anticyclisch investeren ook voor de lagere overheden haalbaar.

–         Maak temporisering van de uitvoering van mede uw wet en regelgeving (b.v. KRW, NBW, WHP) mogelijk c.q. toelaatbaar.

–         Stel, in tijden zoals nu, extra middelen ter beschikking van gemeenten en waterschappen middels 100% subsidies om versneld die werken uit te voeren die de (regionale)werkgelegenheid overeind houden, de waterdoelen sneller realiseren en de lokale economie, b.v. toerisme en recreatie bevorderen. 

Hopende op uw inzet en vertrouwende op uw inzichten, 

met de meeste hoogachting, 

L.H. van der Kallen