IK BEN GEBOREN

 

    


| 02-05-2020 |

 

4 mei komt eraan, geen dodenherdenking op het Thaliaplein. Geen Wilhelmus of het Merck toch hoe Sterck uit honderden kelen en geen rede van onze burgervader. Nu ben ik niet belangrijk genoeg om ooit uitgenodigd te worden tot het houden van een rede op iets plechtigs als de dodenherdenking. Ik weet ook niet of ik het zou kunnen. Op z’n moment zit de emotie te hoog in mijn keel. Nu echter de dodenherdenking, buiten die op de televisie en de radio, zich verplaatst naar de digitale wereld van het internet neem ik de vrijheid de ‘rede’, de verzuchting, die leeft in mijn hoofd de wereld in te slingeren.

Ik ben geboren in een gezin waarvan het tot op de graat vermagerde en enig overgebleven kind, mijn broer, na de bevrijding spoorslags door het rode kruis, samen met een paar duizend andere kinderen, voor negen maanden, naar Zweden werd gebracht. Naar het eten en de medische voorzieningen. Een zegen, zijn redding, maar ook een kruis waaronder mijn moeder de rest van haar leven geleden heeft.

Ik ben geboren op de tweede verdieping van een huis waar, volgens mijn ‘grote’ broer in het kolenhok (van de buren van de eerste verdieping) op zolder ooit een geheimzinnige kist was geweest waar, volgens zijn verhalen, in de oorlog soms een man had geslapen, verstopt onder de eierkolen. Die kist was in de hongerwinter toen er ook geen eierkolen meer waren opgestookt.

Ik ben geboren aan de ‘goede’ kant van een straat. Een straat waar meer dan de helft van de mannen bij razzia’s waren opgepakt en naar Duitsland waren gestuurd om te werken. De ‘goede’ kant omdat aan de overkant een NSB gezin woonde waarmee ik niet mocht praten en waarvan de vrouw altijd voor het raam zat. Ze wachtte op een zoon die in het verkeerde uniform, voor de verkeerde landheer aan het verkeerde front ten strijde was getrokken.

Ik ben geboren in een buurtje waar aan een singel een kruis stond. Op die plek zouden vier of vijf mannen door de Duitsers, als represaille op een aanslag, zijn doodgeschoten. Als we er langs liepen bidde mijn moeder altijd voor het zielenheil van de vermoorde buurtgenoten.

Ik ben geboren in een stad waarvan door een bombardement op 14 mei 1940 het hart werd weggenomen. Waarbij honderden omkwamen en tienduizenden dakloos werden. Denkend aan het beeld van Zadkine, borrelen de tranen nog op.

Ik ben geboren in een provincie waar in de hongerwinter tienduizenden van de honger en kou omkwamen.

Ik ben geboren in een land waaruit in de bezetting meer dan 100.000 joden, homofielen, Roma en Sinti, als ‘untermenschen’ werden afgevoerd naar vernietigingskampen.

Ik ben geboren in een werelddeel waarin door oorlogsgeweld in de tweede wereldoorlog tientallen miljoenen doden vielen.

Ik ben geboren in een wereld waar de mensheid tot op de dag van vandaag bitter weinig geleerd lijkt te hebben van al die oorlogen, van al dat immense leed dat oorlog, onderdrukking, discriminatie, etnische zuiveringen en geweld keer op keer veroorzaakt.

Mijn droom is te sterven in een wereld waar de mensen zich niet meer voor een ideologie of een religie ten strijden laten sturen. Een wereld vol respect en liefde voor het leven. Een wereld waarin de symboliek van het gebroken geweertje is herboren.

https://kijkopbergenopzoom.nl/column-ik-ben-geboren/

 

Louis van der Kallen.


    

FEESTDAGEN

 


 

FEESTDAGEN

 

In West-Europa kent geen enkel land zoveel christelijke feestdagen als Nederland. Tweede paasdag, hemelvaartsdag, tweede pinksterdag, tweede kerstdag zijn echter voor de massa van ons volk geen plechtige gedenkdagen rond God, vorst of vaderland, maar verschaffen slechts ruimte om gezinsrituelen rond winkelen, overdadig eten en drinken vorm te geven.

Daarvoor zijn nationale herdenkingsdagen ingeruild, die in vrijwel elk ander land de hoogtepunten zijn van nationaal welbevinden en trots. Ik ken wel een paar prachtige momenten die gevierd en/of herdacht zouden mogen worden zoals: de eerste Vrije Statenvergadering (van 19 tot en met 23 juli 1572), de moord op Willem van Oranje (10 juli 1584), de vrede van Munster (15 mei 1648), de eerste Grondwet in Nederland, de Staatsregeling voor het Bataafsche Volk (1 mei 1798) de landing prins Willem Frederik van Oranje – de latere koning Willem 1 – te Scheveningen (30 november 1813), de inhuldiging van Koning Willem 1 ( 21 september 1815). Maar wat te denken over de instelling van lokale herdenkingsdagen, bijvoorbeeld: 16 september 1747 de val van Bergen op Zoom of een lokale feestdag vanwege de bevrijding van Bergen op Zoom (27 oktober 1944).       

Als er dan een aanleiding is er één in te stellen ( 5 mei), wordt die in de kortste keren weer afgeschaft of geminimaliseerd. Zelfs ten aanzien van de dodenherdenking zijn er stemmen om op een koopavond de winkels open te laten zijn. Ook koninginnedag, nu koningsdag, is pas op een volksfeest gaan lijken nadat iets wat min of meer anarchistisch begon, de vrijmarkt, nationale navolging heeft gekregen.

Waar is onze trots op wie we zijn en hoe we daar zijn gekomen?

Louis van der Kallen