ANDERS KIJKEN 19 (COVID)

 

    


| 02-02-2022 |

 

 

Ik heb in mijn leven slechts twee werkgevers gehad. Ik heb gewerkt op een agrarisch proefbedrijf waar ik laboratoriumwerk deed, maar ook veldwaarnemingen aan gewassen en proefveldresultaten statistisch uitwerkte. De tweede werkgever was een kunstharsfabriek waar ik voornamelijk toepassing technisch laboratoriumwerk deed gericht op constructies, inkten en lijmen.

Ik heb in die tijd tal van cursussen gedaan o.a. technisch fysicus PBNA (hts-niveau), (gewapende) kunstharsen, (brand) beveiliging, kleurenkundige en kernfysica. Maar ook medisch analist met vakken als bacteriologie, fysiologische chemie, hematologie, fysiologie en pathologie. En daarna tal van bestuurskundige cursussen die te maken hebben met het functioneren van overheden.

Die, in de ogen van sommigen, rare mix van vergaarde kennis leidt ertoe dat ik soms tegen zaken anders aankijkt dan veel anderen. Bij mijn eerste werkgever werkte ik met ontsmettende stoffen en systemen die in potentie voor de mens en het leven schadelijk kunnen zijn. Zoals ontsmettende kwikverbindingen (nu zonder uitzondering verboden) tot en met ontsmettende stralingssystemen UV-straling.  Bij mijn tweede werkgever werkte ik met in potentie brandgevaarlijke, explosieve, giftige, stralingsgevaarlijke en carcinogene stoffen.

Soms brachten werkmethoden risico’s met zich mee en soms neveneffecten waar je als medewerker voor je eigen veiligheid rekening mee moest houden. Eén van die zaken was de corona-behandeling (heeft niets te maken met COVID) van oppervlakken. Een corona behandeling optimaliseert middels een ontladingszone de hechtingseigenschappen van bijvoorbeeld kunststoffen. Het is een oppervlakte voorbehandelingstechniek die een elektrische ontlading gebruikt om veranderingen in de eigenschappen van een oppervlak te genereren. Door de energie die vrijkomt tijdens een corona-behandeling, binden er zich reactieve groepen (waterstof, zuurstof, hydroxyl) aan het oppervlak. Wanneer bijvoorbeeld een kunststoffolie door de ontladingszone wordt gevoerd, dan wordt hierbij het oppervlak geoxideerd. De elektronen in de ontladingszone hebben een hogere energie en zorgen voor het verbreken van de verbindingen aan het kunststoffolie oppervlak.  In de ontladingszone ontstaan reactieve groepen die niet alleen de folie ontsmet maar ook de tussen liggende lucht ontsmet waarbij de ontstane ozon goed te ruiken is.

Ik deed ook proeven met UV-straling om kunstharsen uit te harden. Sedert maart 1981 ben ik houder (als uitvinder) van een milieupatent, te weten United States Patent nr. 4255464. Ik heb dus enige kennis van de effecten van UV-straling. Ook UV-straling heeft een ontsmettende werking.

Wat mij verbaast is dat tot nu toe, als het gaat om bijvoorbeeld de behandeling van (binnen)lucht in gebouwen, deze manieren van ontsmetten nauwelijks benoemd worden c.q. gebruikt. UV-C lampen kunnen relatief eenvoudig ingebouwd worden in luchtbehandelingssystemen van gebouwen en schepen. Ze doden, behoorlijk effectief bacteriën en virussen. Datzelfde, is in principe, ook geldend voor “de corona-behandeling” (de naam heeft niets te maken met COVID) systemen die al meer dan 50 jaar bestaan. In de ontladingszone worden virussen en bacteriën zeer effectief door oxidatie gedood. Hier moet wel de ozongehalten, van terug te voeren lucht, gemonitord worden!

Maar ook anderen meer homeopathisch methoden van behandeling verdienen aandacht, al is het maar onder het moto; baat het niet schaadt het niet.

Door de medisch analistenopleiding heb ik altijd belangstelling gehouden voor wat er in het menselijk lichaam, mijn lichaam, gebeurt. En omdat ik nu niet bepaald over de sterkste longen ter aarde beschik ging mijn belangstelling altijd uit naar longziekten dit mede omdat mijn werk en mijn genetische voorgeschiedenis op dat vlak de nodige risico’s inhielden. 

Het klinkt misschien raar maar ik zie een beetje gelijkenis tussen de effecten/symptomen van tuberculose en Long-COVID. Toen er voor tuberculose nog geen effectieve medicijnen bestonden stuurde men de patiënten naar in de bossen en bergen gelegen sanatoria.  In Nederland vooral gelegen op de Veluwe en in t Gooi. Richting de schone/gezonde lucht. De bioloog Boris Petrovich Tokin ontdekte in 1956 wat de ‘gezonde’ factor was in de bergen en bossen zoals op onze Veluwe. Hij ontdekte dat; de lucht in (jonge) dennenbossen door vluchtige phytonciden, vrijkomend uit sparren, vrijwel geen ziekte kiemen voorkomen. In een artikel van Christoph Richter (1986) werd dit nader uitgewerkt beschreven. De lucht in sparrenbossen bleek een antibiotische werking te hebben. Wat men al bijna honderd jaar op basis van de praktijk wist kon wetenschappelijk worden onderbouwd.

Mijn advies op basis van; ‘baat het niet schaadt het niet’ aan long-COVID patiënten is; ga wandelen of huur een tijdje een huisje in een sparrenbos. Misschien is ook de heropening van sanatoria in de bossen een optie. Wat mij betreft kan anders kijken soms iets bijdrage aan het denken over het omgaan met (nieuwe) medische en maatschappelijke problemen.

 

 

Louis van der Kallen.



Voeg toe aan je favorieten: Permalink.

Eén reactie

  1. Beste Louis, Bij Long-Covid is het vaak te laat. De besmetting heeft schade toegebracht. Voor en tijdens besmetting zou beter zijn. Daarnaast spelen nutriënten zoals Vitamine D, C, Zink, magnesium een belangrijke rol bij voorkomen en genezen.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *