AESOPOS FABELS: DE VLEERMUIS EN DE WEZELS

 

    


| 24-01-2021 |

 

 

Aesopus, vaak ook Aisopus genoemd was een Griekse dichter (ca. 620-560 v.Chr.) die bekendheid verwierf door zijn fabels (verhalen) waarin dieren zich gedragen als mensen (personificatie). Het gaat daarbij vooral om de moraal van het verhaal.

De vleermuis en de wezels

Een vleermuis die op de grond gevallen was, werd door een wezel gegrepen. In doodsnood smeekte het diertje om genade, maar de wezel zei dat hij hem niet kon laten gaan, omdat een wezel en een vogel elkaars natuurlijke vijanden zijn. “Maar ik ben geen vogel.” zei de vleermuis, “ik ben een muis.” Met die opmerking redde hij zijn leven. Even later viel de vleermuis weer. Nu greep een andere wezel hem en weer riep de vleermuis: “Eet mij niet op!” Ditmaal kreeg hij te horen dat wezels alle muizen slecht gezind zijn. “Maar ik ben geen echte muis,” riep de vleermuis, “Ik ben een vleermuis.” Ook nu werd hij vrijgelaten. Op die manier redde de vallende vleermuis tweemaal zijn leven door van naam te veranderen.

Moraal

De glad pratende vleermuis is in de wieg gelegd voor een politieke carrière. Ook al kan je niet vliegen, je rappe tong en een flexibele interpretatie van wie je bent en waarvoor je staat, kan je redden uit de klauwen van de wezels (de kiezers). Als je identiteit niet meer is dan een vuile onderbroek – die snel verwisseld is – kan je zo de lucht weer in. Waarom zijn wij zo goedgelovig? Het is vast de angst voor verandering waarom er zoveel ‘bange’ wezels zijn. Bent u in staks in maart een bange wezel of een ‘ridder’ die verandering eist?

Louis van der Kallen.


Voeg toe aan je favorieten: Permalink.

Reacties zijn gesloten.