| 08-11-2020 |
Ik ben een zeventiger. Toen ik auto leerde rijden was één van de wijze adviezen van mijn instructeur: “Altijd een spons en een fles water in de auto te hebben. Want rijdend door een waterrijk gebied is de voorruit vaak aan een wasbeurt toe vanwege de dode insecten.” Nu kom ik soms de zomer door zonder naar die spons of die fles water te grijpen. In april 2020 stond er een artikel in Science met de conclusie dat uit een meta-analyse uit 166 studies blijkt dat sinds 1990 de insectenaantallen op land met 24 % zijn afgenomen.
Het Australische “Mount Nardi bio-diversiteits-onderzoek” (.PDF) beschrijft over een periode van vijftien jaar de verwoestende impact van de komst van 3G- en 4G-zendmasten in een ongerept natuurgebied in het regenwoud van Oost-Australië.
Dichter bij huis bleek uit een onderzoek (2017) van het Duitse biodiversiteitsinstituut iDiv dat bij een studie rond Krefeld in minder dan dertig jaar de biomassa van vliegende insecten met 75 % was afgenomen. Volgens de vlinderstichting is het aantal dagvlinders sinds 1990 gehalveerd en het aantal nachtvlinders is in 20 jaar met meer dan 50 % afgenomen.
In de zojuist verschenen zesde Voortgangsrapportage Natuur is te vinden dat; “sinds 1990 de karakteristieke fauna in het stedelijk gebied, de broedvogels en dagvlinders, met 50 % afgenomen”.
In 2019 is een rapport uitgekomen van het International Union for Conservation (.PDF) of Nature and Natural Resources (IUCN), waarin gesteld wordt dat van de onderzochte 454 boomsoorten op Europese bodem er 42 procent met uitsterven worden bedreigd en van de 258 endemische soorten 58 % met uitsterven worden bedreigd. Tot de bedreigde soorten behoren onder andere de paardenkastanje, de wilde lijsterbes, en de krimlijsterbes.
Bij het bomenbestand neemt volgens de door mij gesproken tientallen gemeentelijk groenambtenaren de vitaliteit in alle leeftijdsklassen al decennia af. Die groenambtenaren constateren tevens een toename van ziekten en plagen die de bomen aantasten. De afgelopen twintig jaar wordt ons bomenbestand massaal aangetast door voor Nederland ‘nieuwe’ ziekten zoals de kastanjebloedingsgziekte, massaria, eikensterfte en de roetschorsziekte bij esdoorns. De essen zijn zelfs in een razend tempo aan het sterven door de essentaksterfte. Over minder dan tien jaar zullen we de essen in ons landschap en onze bossen totaal gaan missen. Ook ervaren we meer plagen zoals de processierupsen en een toename van barstafwijkingen zoals, bastknobbels, baststrepen en bastscheuren.
Toeval? Of is er meer aan de hand?
Het IUCN rapport past in een reeks van andere rapportages die laten zien dat de afgelopen decennia het insectenbestand enorm is afgenomen, de vogels in aantallen en soorten enorm zijn afgenomen en bij bomen lijkt ook het grote uitsterven begonnen.
In de gesprekken en mailwisselingen werden wel een aantal mogelijke oorzaken genoemd onder andere veranderend waterbeheer, bestrijdingsmiddelen, kwaliteit groeiplaatsen, klimaatveranderingen, luchtverontreiniging en straling. Er is echter één mogelijke oorzaak die de afgelopen decennia een bijna exponentiële groei vertoond: elektromagnetische straling.
Ik heb een technisch-fysische achtergrond. Ik hecht daardoor aan harde metingen. Die zijn te vinden in de rapportage van het onderzoek “the effect on tree of pulsed digitally modulated high frequency electromagnetic fields produced by em transmitters”. Hierin worden de bio-potentiaal metingen aan boomcellen in een kooi van Faraday beschreven, waarbij tot op de minuut nauwkeurig was vast te stellen wanneer een WiFi router werd aan of uit gezet. Er was een zichtbaar effect op de waarde en aard van het te meten bio-potentiaal.
Voor mij is het helder. Als een (boom)cel op een dergelijke wijze reageert op WiFi (elektro- magnetische straling) is alle voorzichtigheid geboden en zou het voorzorgprincipe in acht genomen moeten worden.
Louis van der Kallen.