GEWETEN

 

    


| 21-09-2020 |

 

Ik verbaas mij steeds vaker over wat ik allemaal waarneem in deze wereld. Het lijkt wel of logische normen en waarden er niet meer toe doen. Ik schreef eerder (2017) over de veranderingen bij bondgenoten en wat dat zou kunnen betekenen voor onze bondgenootschappelijke relaties met hen. Van dankbaarheid voor de bevrijding tot bewustwording van de manco’s in hun normen en waarden. Ik schreef in april 2019 over het gebrek aan moreel leiderschap en in datzelfde jaar schreef ik over de moderne wereld die welvaart en materieel bezit boven welzijn stelt.  In juli van dit jaar schreef ik over de veranderende normen en hoe de oude Grieken bij de morele beoordeling van  een regime keken naar de waarde van moraliteit en de balans tussen volk en regerende klasse.

De afgelopen weken viel mij een drietal zaken op dat de vraag opriep: welke rol speelt het eigen geweten nog,  is er in de (politieke) samenleving nog een zedelijk bewustzijn?

  • De leugenachtigheid van een ‘wereldleider’;
  • De populariteit van een nu overleden lid van het Amerikaanse Hooggerechtshof (the ‘notorious’). In Nederland vermoed ik dat nog geen 1% van de bevolking een naam zou kunnen noemen van een lid van onze Hoge Raad. Voor mij kan een Hooggerechtshof alleen haar, in mijn ogen, noodzakelijke morele gezag handhaven als zij volstrekt apolitiek is. Daar past bekendheid en populariteit niet bij!;
  • In eigen land trof mij de krantenkop “Kan een officier van justitie vrijwilligerswerk doen?”. Ik vond het een rare vraag. Natuurlijk kan dat en het is zelfs gewenst om een goed contact en begrip te hebben met de samenleving. De krantenkop had kunnen luiden “Kan een officier van justitie een zaak doen waarbij hij of zij persoonlijke betrokkenheid ervaart?”. Mijn antwoord; nee dan kan niet! Zelfs de schijn van belangenverstrengeling dient vermeden te worden. Dat schrijft ieder integriteitsprotocol, dat ik ken, voor!

Als ik twijfel ervaar over de betekenis van woorden of begrippen pak ik graag terug op oude, niet door de moderne tijd of door andere culturen bedorven boeken. Langgeleden hebben Ank en Ik het “Woordenboek der Nederlandsche taal” (WNT) gekocht. Samengesteld tussen 1871 en 1887 en gepresenteerd in 1887 op het 20ste Taal- en Letterkundig congres te Amsterdam. Bijna twee meter verklaringen van Nederlandse woorden.   

Daaruit leer ik dat, er een verwantschap is tussen geweten en weten waarvan het voltooide deelwoord ook: geweten is. Maar geweten in de betekenis van: bewustzijn van goed en kwaad is niet hetzelfde als het voltooide deelwoord. “Het spreekt echter van zelf, dat geweten den invloed van conscientia (bewustzijn) heeft ondergaan met geweten in den zin van met medeweten (WNT)”. De betekenis met betrekking van de kennis van goed en kwaad is relatief jong vermoedelijk ontstaan in de 17e eeuw. Geweten blijkt ook een meer Noordnederlands woord te zijn. Vlaamse en Zeeuwse schrijvers gebruik(t)en vaker het woord gewisse dat ook in Vondel’s Gijsbrecht nog voorkomt “ick heb een rein gewisse”.

Soms zou ik de ‘leiders’ van deze wereld om met Vondel te spreken; “zoo strafwaerdigh zy, als vernuftelozen, onder schijn van hun bezwaert geweten t’ ontlasten, haer uitroocken”.

https://kijkopbergenopzoom.nl/opinie-geweten/

 

Louis van der Kallen.


    

Voeg toe aan je favorieten: Permalink.

Reacties zijn gesloten.